Kennisbank Familierecht Algemeen Onderhandse lening terugvorderen

Onderhandse lening terugvorderen

onderhandse lening

Waneer je een familielid of vriend een onderhandse lening verstrekt, wil je uiteraard ook dat deze wordt terugbetaald. Helaas gebeurt het meer dan eens dat afbetalingen laattijdig worden uitgevoerd of volledig uitblijven. Hoe kan je dit geleend geld terugvorderen?

 

Onderhandse lening

De lening is een overeenkomst waarbij de uitlener, een zaak uitgeeft aan de lener, om er tijdelijk gebruik van te maken en het genot er van te hebben, onder de verplichting van de lener om de zaak terug te geven na het gebruik, of na het verstrijken van een bepaalde termijn.

Volgens art. 1874 BW zijn er twee soorten lening in ons burgerlijk recht. De bruiklening en de verbruiklening:

Art. 1874 BW. Er zijn twee soorten van lening:
De lening van zaken die niet teniet gaan door het gebruik dat men ervan maakt,
En de lening van zaken die teniet gaan door het gebruik dat men ervan maakt.
De eerste soort heet bruiklening of commodaat.
De tweede heet verbruiklening of eenvoudige lening.

Deze blog gaat uitsluitend over onderhandse leningen tussen derde personen onderling. Consumentenkredietovereenkomsten en hypotheciare leningen behoren hier niet toe.

 

Verbruiklening

Wanneer men een bepaalde geldsom uitleent aan vrienden of familie betreft dat in de eerste plaats dus een verbuiklening. De verplichting van de lener bestaat eruit om diezelfde hoeveelheid aan geld terug te betalen.

Een belangrijk punt daarbij is het afgesproken tijdstip van terugbetaling. Indien er een tijdsbepaling werd afgesproken, dient de lener die termijn na te komen, zo niet is hij bij late teruggave intrest verschuldigd vanaf de dag van de aanmaning. (Art. 1904 BW) Deze intrest kan worden bepaald op de wettelijke intrest, tenzij anders overeengekomen.

Omgekeerd kan de uitlener het geld ook niet terugvorderen voor de overeengekomen termijn is verstreken (Art. 1899 BW).

Indien er geen tijdsbepaling werd afgesproken tussen partijen, is de lening gesloten voor onbepaalde duur, waaraan de uitlener te allen tijde een einde kan maken, maar de rechter wel een uitstel kan toestaan aan de lener. (Art. 1900 BW)

Indien enkel is overeengekomen dat de lener zal betalen wanneer hij dit zal kunnen, of wanneer bij de nodige middelen daartoe zal bezitten, bepaalt de rechter een tijd voor de betaling, naar gelang van de omstandigheden. (Art. 1901 BW)

 

Lening om niet of onder bezwarende titel

Bij een verbruiklening om niet is de lener gehouden de geleende zaken in dezelfde hoeveelheid en hoedanigheid en op de overeengekomen tijd terug te geven. Er is dan geen intrest afgesproken.

Indien het de lener niet mogelijk is daaraan te voldoen, moet hij de waarde van het geleende betalen, gelet op de tijd en de plaats waarop de zaak volgens de overeenkomst moest worden teruggegeven.

Er is sprake van een verbruiklening onder bezwarende titel wanneer er tussen partijen ook een intrest werd afgesproken. Deze intrest kan volgens art. 1905 BW bestaan uit (een intrest percentage of vast bedrag) geld, hetzij van waren of andere roerende zaken.

 

Geleend geld terugvorderen via een advocaat?

Indien uw schuldenaar de lening niet terugbetaald is het dus aangewezen verdere actie te nemen, te beginnen met een ingebrekestelling. Een advocaat kan helpen bij het opstellen en verzenden daarvan.

Brengt de aanmaning geen soelaas, dan zal een procedure voor de rechtbank nodig zijn, om de lener desnoods te dwingen tot terugbetaling of beslag te leggen.

Ook indien de lener slechts enkele maanden achterstaat kan je actie nemen. De advocaat zal in principe immers steeds de ontbinding (of verbreking) van de leningsovereenkomst vorderen voor de Rechter, waardoor het volledige saldo opeisbaar wordt. Immers laat de lener ernstig na zijn enige overeenkomst tot terugbetaling na te leven.

 

Tips bij het opstellen van een onderhandse leningsovereenkomst: bewijsrecht

In de praktijk doen zich vaak problemen voor bij het terugvorderen van onderhandse leningen. Immers moet de uitlener in de eerste plaats de leningsovereenkomst bewijzen! Volgens art. 1341 BW moet er immers een akte voor een notaris of een onderhandse akte worden opgemaakt van alle zaken die de som of de waarde van (375 EUR) te boven gaan.

 Indien er dus geen geschreven overeenkomst is en het bedrag in contanten werd uitgeleend, kan dit tot ernstige bewijsproblematiek leiden.

Stel dus steeds een schriftelijke overeenkomst op tussen partijen, waarin duidelijk wordt vermeld:

  • De identiteit van de uitlener
  • De identiteit van de lener
  • Het uitgeleende bedrag
  • De intrest
  • De afbetalingsperiode of uiterlijke datum waarop moet worden terugbetaald

Een advocaat of notaris kan helpen bij het opstellen van de overeenkomst. Laat je dus steeds goed bijstaan.

 

 

Op zoek naar een advocaat familierecht?

Tijdens een eerste consultatie wordt uw probleem besproken, waarbij onze advocaten het juridische kader schetsen en de mogelijke oplossingen overlopen.

MAAK EEN AFSPRAAK