Criminele organisatie en vereniging van misdadigers
Artikel 322 en volgende van het Belgische Strafwetboek bevatten straffen die kunnen worden opgelegd aan deelnemers van de criminele organisatie enerzijds en de vereniging van misdadigers anderzijds.
1. Vereniging van misdadigers of bendevorming (Art. 322 Sw.)
“Elke vereniging met het oogmerk om een aanslag te plegen op personen of op eigendommen, is een misdaad of een wanbedrijf, bestaande door het enkel feit van het inrichten der bende.”
Dit wil zeggen dat de vereniging van misdadigers of bende als autonoom misdrijf, zich onderscheidt van de misdrijven gepleegd in het kader van die vereniging. (Cass. 3 sept 2014)
Het feit dat een vereniging als doel heeft misdrijven te plegen, is voldoende. Zo kan bijvoorbeeld een bende, voorzien van inbrekersmateriaal, reeds beschuldigd worden van de tenlastelegging vereniging van misdadigers, zonder dat de inbraak zich effectief heeft voorgedaan.
Om van een vereniging van misdadigers te spreken, moet men minstens met twee personen zijn. Er moet meer zijn dan een toevallige of onvoorziene bijeenkomst. De leden moeten zich met name op ondubbelzinnige wijze aan elkaar binden om strafbare feiten te plegen. Dit veronderstelt een opzettelijk karakter, een zekere duur, structuur, en afspraken. (zie bv. Cass. 20 februari 2013)
Er zijn verschillende vormen van verenigingen van misdadigers mogelijk. De wet maakt voornamelijk het onderscheid naar strafmaat toe, welke feiten de vereniging pleegde of van plan was te plegen.
Indien de vereniging tot doel heeft gehad misdaden te plegen waarop levenslange opsluiting staat of opsluiting van tien jaar tot vijftien jaar of een langere termijn, worden de aanstokers tot die vereniging, de hoofden van die bende en degenen die daarin enig bevel hebben gevoerd, gestraft met opsluiting van vijf jaar tot tien jaar.
Zij worden gestraft met gevangenisstraf van twee jaar tot vijf jaar, indien de vereniging is opgericht om andere misdaden te plegen, en met gevangenisstraf van zes maanden tot drie jaar, indien de vereniging is opgericht om wanbedrijven te plegen.
2. Criminele organisatie (Art. 324bis Sw.)
Met criminele organisatie wordt bedoeld iedere gestructureerde vereniging van meer dan twee personen die duurt in de tijd, met als oogmerk het in onderling overleg plegen van misdaden en wanbedrijven die strafbaar zijn met gevangenisstraf van drie jaar of een zwaardere straf, om direct of indirect vermogensvoordelen te verkrijgen.
De criminele organisatie veronderstelt een duidelijkere structuur en hiërarchie dan de vereniging van misdadigers. Er moet sprake zijn van een duidelijke rolverdeling, takenpakket, etc.
Een organisatie waarvan het feitelijke oogmerk uitsluitend politiek, vakorganisatorisch, menslievend, levensbeschouwelijk of godsdienstig is of die uitsluitend elk ander rechtmatig oogmerk nastreeft, kan zo niet beschouwd worden als een criminele organisatie.
De wetgever maakt een onderscheid naar strafmaat toe afhankelijk van de rol die vervuld wordt binnen de criminele organisatie:
Ieder persoon die deelneemt aan de voorbereiding of de uitvoering van enige geoorloofde activiteit van die criminele organisatie, terwijl hij weet dat zijn deelneming bijdraagt tot de oogmerken van deze criminele organisatie, wordt gestraft met gevangenisstraf van één jaar tot drie jaar en met geldboete van honderd euro tot vijfduizend euro of met een van die straffen alleen.
Iedere persoon die deelneemt aan het nemen van welke beslissing dan ook in het raam van de activiteiten van de criminele organisatie, terwijl hij weet dat zijn deelneming bijdraagt tot de oogmerken van deze criminele organisatie, zoals bedoeld in artikel 324bis, wordt gestraft met opsluiting van vijf jaar tot tien jaar en met een geldboete van vijfhonderd euro tot honderdduizend euro of met een van die straffen alleen.
Iedere leidend persoon van de criminele organisatie wordt gestraft met opsluiting van tien jaar tot vijftien jaar en met geldboete van duizend euro tot tweehonderdduizend euro of met een van die straffen alleen.
Het lid van de criminele organisatie die vóór enige poging tot misdaden of wanbedrijven, en vóór enig begin van vervolging, het bestaan van de bende en de namen van hun hoofdbevelvoerders of ondergeschikte bevelvoerders aan de overheid kenbaar maakt, blijft vrij van vervolging.
3. Vereniging of bende als verzwarende omstandigheid
Bij sommige misdrijven voorziet het strafwetboek dat, wanneer ze in vereniging of bende werden uitgevoerd, ze met zwaardere straffen kunnen worden bestraft. Art. 529 Sw. voorziet zulks bijvoorbeeld bij het vernielen of beschadigen van andermans roerende eigendommen, gepleegd met behulp van geweld of bedreiging. (Art. 528 Sw.)
Op zoek naar een advocaat strafrecht?
Tijdens een eerste consultatie wordt uw probleem besproken, waarbij onze advocaten het juridische kader schetsen en de mogelijke oplossingen overlopen.